Geraadpleegd op 19-04-2024.
Geldend van 07-12-2023 t/m heden
- Toon relaties in LiDO
- Maak een permanente link
- Toon wetstechnische informatie
- Geen andere versie om mee te vergelijken
- Druk de regeling af
- Sla de regeling op
Origineel opschrift en aanhef
Regeling van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 30 november 2023, nr. 2023-0000652636, houdende regels met betrekking tot de verstrekking van een specifieke uitkering aan gemeenten en openbare lichamen ter stimulering van woningbouwprojecten (Regeling specifieke uitkering startbouwimpuls)
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
Gelet op de artikelen2, eerste lid, onderdelena en d, en 3 van het Besluit van 29oktober 2022, houdende het stellen van regels over het verstrekken van specifieke uitkeringen aan gemeenten of provincies voor activiteiten die passen in het rijksbeleid met betrekking tot het bouwen, het wonen en de woonomgeving (Stb. 2022, 452);
Besluit:
Artikel 1. Begripsbepalingen
- Toon relaties in LiDO
- Maak een permanente link
- Toon wetstechnische informatie
- Geen andere versie om mee te vergelijken
- Druk het regelingonderdeel af
- Sla het regelingonderdeel op
In deze regeling wordt verstaan onder:
-
– betaalbare woning: betaalbare woning als bedoeld in artikel1, onderdeelc, van het Besluit Woningbouwimpuls 2020;
-
– ontvanger: gemeenten en openbare lichamen als bedoeld in artikel8 van de Wet gemeenschappelijke regelingen, genoemd in de bijlage;
-
– start bouw: start van de bouwkundige werkzaamheden voor alle bouwkundig met elkaar verbonden woningen binnen een woningbouwproject;
See Alsowetten.nl - Regeling - Regeling kinderopvang en buitenschoolse opvang alleenstaande oudersVIDEO solution: Compound of phenanthroline forms a bright red complex with iron (II) ion. The complex has a maximum absorbance (Amax) of 510 nm and a high molar absorptivity constant. Different molar concentrations of the iron (II) solution were prepared Wordle Today: Wordle answer and hints for April 19 | Digital Trendswetten.nl - Regeling - Regeling uitvoering en financiering Wet inschakeling werkzoekenden -
– transformatie: toevoegen van woningen aan de bestaande woningvoorraad door het wijzigen van een gebruiksfunctie van een gebouw of een onderdeel daarvan naar een woonfunctie in combinatie met het uitvoeren van fysieke ingrepen;
-
– woning: elke door nieuwbouw of transformatie aan de woningvoorraad toe te voegen zelfstandige of niet zelfstandige woning, niet zijnde een tijdelijk bouwwerk;
-
– woningbouwproject: woningbouwproject als bedoeld in artikel2.
Artikel 2. Woningbouwproject
- Toon relaties in LiDO
- Maak een permanente link
- Toon wetstechnische informatie
- Geen andere versie om mee te vergelijken
- Druk het regelingonderdeel af
- Sla het regelingonderdeel op
Onder een woningbouwproject wordt verstaan een project voor de bouw van woningen en een of meer bouwkundig daarmee verbonden niet‑woningbouwdelen binnen één samenhangende vastgoedontwikkeling:
-
a. waarvan ten minste de helft bestaat uit betaalbare woningen;
-
b. dat bestaat uit meer dan tien woningen;
-
c. waarbij sprake is van een doorlopende bouwstroom; en
-
d. waarbij sprake is van uitstel van de start bouw door een financieel tekort als gevolg van de huidige economische omstandigheden.
Artikel 3. Specifieke uitkering
- Toon relaties in LiDO
- Maak een permanente link
- Toon wetstechnische informatie
- Geen andere versie om mee te vergelijken
- Druk het regelingonderdeel af
- Sla het regelingonderdeel op
-
1 De minister kan een specifieke uitkering verstrekken aan ontvangers voor het stimuleren van de start bouw van woningbouwprojecten die zonder financiële bijdrage niet zouden kunnen starten.
-
2 De specifieke uitkering bedraagt de in de bijlage per ontvanger opgenomen bedragen. Per netto te realiseren woning waarvoor bij realisatie daarvan een nummeraanduiding als bedoeld in artikel1 van de Wet basisregistratie adressen en gebouwen kan worden toegekend, wordt ten hoogste €12.500 uitgekeerd.
-
3 De specifieke uitkering wordt niet verstrekt voor btw die is verschuldigd over kosten voor de uitvoering van woningbouwprojecten, bedoeld in het eerste lid, voor zover het bedrag van de btw in aanmerking komt voor een bijdrage op grond van de Wet op het BTWcompensatiefonds of voor zover de kosten in aanmerking komen voor aftrek op grond van de Wet op de omzetbelasting 1968.
Artikel 4. Verplichtingen woningbouw
- Toon relaties in LiDO
- Maak een permanente link
- Toon wetstechnische informatie
- Geen andere versie om mee te vergelijken
- Druk het regelingonderdeel af
- Sla het regelingonderdeel op
-
1 De ontvanger besteedt de specifieke uitkering aan de in de uitkeringsbeschikking opgenomen woningbouwprojecten.
-
2 De start bouw vindt plaats vóór 31december 2025 en het woningbouwproject wordt uiterlijk 31december 2028 opgeleverd.
-
3 Indien naar het oordeel van de minister sprake is van een langere doorlooptijd van het woningbouwproject, kan de minister, in afwijking van het tweede lid, besluiten dat het woningbouwproject op een datum gelegen na 31december 2028 kan worden opgeleverd.
-
4 De datums, bedoeld in het tweede en derde lid, kunnen door de minister met ten hoogste een jaar worden verlengd, op een schriftelijk en gemotiveerd verzoek hiertoe van de ontvanger.
-
5 De ontvanger besteedt de specifieke uitkering volledig uiterlijk op 31december 2028.
-
6 Indien de volledige besteding van de specifieke uitkering vóór de datum, genoemd in het vijfde lid, niet mogelijk is, kan de minister die termijn met ten hoogste een jaar verlengen op een schriftelijk en gemotiveerd verzoek van de ontvanger.
Artikel 5. De uitkeringsbeschikking
- Toon relaties in LiDO
- Maak een permanente link
- Toon wetstechnische informatie
- Geen andere versie om mee te vergelijken
- Druk het regelingonderdeel af
- Sla het regelingonderdeel op
De uitkeringsbeschikking vermeldt in ieder geval:
-
a. welk woningbouwproject wordt gerealiseerd en de activiteiten die voor realisatie noodzakelijk zijn, corresponderend met de over het project door de ontvanger beschikbaar gestelde informatie;
-
b. de wijze van verantwoording over de besteding van de uitkering;
-
c. de wijze waarop kan worden aangetoond dat het woningbouwproject tijdig is opgeleverd;
-
d. de uiterlijke datum van de start bouw en de te verwachten datum waarop het woningbouwproject wordt opgeleverd; en
-
e. de afdracht aan het BTW-compensatiefonds.
Artikel 6. Informatievoorziening na uitkering
- Toon relaties in LiDO
- Maak een permanente link
- Toon wetstechnische informatie
- Geen andere versie om mee te vergelijken
- Druk het regelingonderdeel af
- Sla het regelingonderdeel op
-
1 De ontvanger informeert de minister op verzoek van de voortgang van de activiteiten waarvoor de specifieke uitkering is verstrekt.
-
2 De ontvanger informeert de minister:
-
a. over de datum van start bouw; en
-
b. over de datum waarop het woningbouwproject is opgeleverd.
-
-
3 De ontvanger informeert de minister indien sprake is van vertraging waardoor een datum als bedoeld in artikel5, onderdeeld, niet wordt gehaald.
-
4 De ontvanger verleent op verzoek van de minister medewerking en verstrekt op verzoek van de minister informatie ten behoeve van de evaluatie van de doelmatigheid en doeltreffendheid van de activiteiten waarvoor de specifieke uitkering is verstrekt.
Artikel 7. Verantwoording, vaststelling en terugvordering
- Toon relaties in LiDO
- Maak een permanente link
- Toon wetstechnische informatie
- Geen andere versie om mee te vergelijken
- Druk het regelingonderdeel af
- Sla het regelingonderdeel op
-
1 De ontvanger legt verantwoording af over de besteding van de specifieke uitkering op de wijze bepaald in artikel17a van de Financiële-verhoudingswet.
-
2 De minister stelt de uitkering binnen 13 weken nadat de minister de verantwoordingsinformatie, bedoeld in artikel17a van de Financiële-verhoudingswet, ambtshalve overeenkomstig de verlening vast.
-
3 Indien uit de informatie ten behoeve van de verantwoording, bedoeld in artikel17a, eerste lid, van de Financiële-verhoudingswet, blijkt dat de uitkering, bedoeld in artikel3, niet volledig of onrechtmatig is besteed, kan de uitkering ter hoogte van het niet of onrechtmatig bestede deel door de minister worden teruggevorderd. De minister doet binnen een jaar na ontvangst van de informatie mededeling van de terugvordering aan de ontvanger.
-
4 Onverminderd het derde lid, kan de minister de uitkering geheel of gedeeltelijk terugvorderen indien:
-
a. de datum van de start bouw, bedoeld in artikel5, onderdeeld, niet wordt gehaald;
-
b. de datum van oplevering van het woningbouwproject, bedoeld in artikel5, onderdeeld, niet wordt gehaald;
-
c. de ontvanger de minister heeft geïnformeerd als bedoeld in artikel6, derde lid, of dit heeft nagelaten.
-
Artikel 8. Inwerkingtreding
- Toon relaties in LiDO
- Maak een permanente link
- Toon wetstechnische informatie
- Geen andere versie om mee te vergelijken
- Druk het regelingonderdeel af
- Sla het regelingonderdeel op
Deze regeling treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst.
Artikel 9. Citeertitel
- Toon relaties in LiDO
- Maak een permanente link
- Toon wetstechnische informatie
- Geen andere versie om mee te vergelijken
- Druk het regelingonderdeel af
- Sla het regelingonderdeel op
Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling specifieke uitkering startbouwimpuls.
Origineel slotformulier en ondertekening
Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
H.M. de Jonge
Bijlage bij artikel 3, tweede lid
- Toon relaties in LiDO
- Toon wetstechnische informatie
- Geen andere versie om mee te vergelijken
- Druk het regelingonderdeel af
- Sla het regelingonderdeel op
De specifieke uitkering, bedoeld in artikel3, tweede lid, bedraagt:
Ontvanger | Projecten | Woningen | Rijksbijdrage |
---|---|---|---|
Aa en Hunze | 1 | 52 | €650.000 |
Aalsmeer | 1 | 48 | €600.000 |
Alkmaar | 2 | 267 | €3.337.500 |
Almelo | 8 | 117 | €1.166.450 |
Almere | 2 | 244 | €3.050.000 |
Alphen aan den Rijn | 4 | 344 | €3.768.000 |
Altena | 5 | 111 | €1.260.439 |
Amersfoort | 8 | 885 | €9.162.510 |
Amsterdam | 14 | 2.105 | €18.256.414 |
Apeldoorn | 1 | 35 | €437.500 |
Arnhem | 6 | 230 | €1.988.286 |
Asten | 1 | 12 | €78.650 |
Baarn | 1 | 29 | €362.500 |
Barneveld | 1 | 25 | €267.075 |
Bergen op Zoom | 1 | 32 | €400.000 |
Bernheze | 1 | 26 | €211.000 |
Bladel | 1 | 23 | €200.000 |
Breda | 6 | 658 | €6.132.485 |
Brummen | 1 | 24 | €300.000 |
Bunschoten | 2 | 174 | €1.377.000 |
Capelle aan den IJssel | 1 | 161 | €1.207.500 |
Cranendonck | 1 | 69 | €862.500 |
De Bilt | 2 | 101 | €287.800 |
Deurne | 2 | 76 | €890.000 |
Deventer | 4 | 289 | €3.593.100 |
Diemen | 2 | 314 | €2.804.023 |
Dijk en Waard | 5 | 599 | €4.711.135 |
Doetinchem | 1 | 63 | €630.000 |
Dordrecht | 1 | 71 | €887.490 |
Drechterland | 2 | 30 | €375.000 |
Druten | 1 | 147 | €1.200.000 |
Echt-Susteren | 3 | 84 | €600.460 |
Edam-Volendam | 2 | 99 | €1.162.500 |
Ede | 2 | 106 | €1.200.585 |
Eemsdelta | 1 | 24 | €300.000 |
Eindhoven | 4 | 879 | €8.861.886 |
Enschede | 1 | 50 | €548.000 |
Epe | 1 | 15 | €187.500 |
Etten-Leur | 1 | 23 | €287.500 |
Geertruidenberg | 1 | 12 | €150.000 |
Gemert-Bakel | 3 | 82 | €909.432 |
Gooise Meren | 1 | 58 | €725.000 |
Gorinchem | 2 | 63 | €762.500 |
Gouda | 2 | 319 | €1.936.015 |
Groningen | 5 | 159 | €1.738.581 |
Haarlem | 3 | 221 | €1.947.700 |
Haarlemmermeer | 2 | 262 | €2.749.586 |
Hattem | 2 | 37 | €415.000 |
Heerde | 2 | 38 | €325.000 |
Helmond | 2 | 265 | €3.122.386 |
Hengelo | 9 | 365 | €3.810.789 |
Hillegom | 2 | 101 | €1.262.500 |
Hoeksche Waard | 2 | 84 | €821.006 |
Hof van Twente | 1 | 24 | €270.000 |
Hollands Kroon | 1 | 26 | €325.000 |
Hoogeveen | 1 | 14 | €150.000 |
Hoorn | 4 | 369 | €3.410.000 |
Horst aan de Maas | 2 | 41 | €512.500 |
Hulst | 3 | 104 | €1.222.000 |
IJsselstein | 1 | 25 | €200.000 |
Kampen | 2 | 42 | €378.048 |
Leeuwarden | 6 | 222 | €2.042.011 |
Leiden | 4 | 1.538 | €10.142.211 |
Leiderdorp | 1 | 92 | €1.150.000 |
Leusden | 1 | 29 | €304.500 |
Lisse | 3 | 91 | €987.500 |
Lochem | 1 | 21 | €236.404 |
Maastricht | 7 | 419 | €2.908.750 |
Meerssen | 1 | 25 | €200.000 |
Meierijstad | 1 | 22 | €245.000 |
Meppel | 2 | 82 | €911.050 |
Middelburg | 2 | 90 | €1.085.540 |
Midden-Drenthe | 1 | 24 | €240.000 |
Midden-Groningen | 1 | 33 | €412.500 |
Moerdijk | 1 | 35 | €300.000 |
Molenlanden | 1 | 45 | €363.000 |
Nieuwegein | 5 | 396 | €4.223.918 |
Nijkerk | 2 | 82 | €846.500 |
Nijmegen | 3 | 292 | €2.547.825 |
Nissewaard | 3 | 302 | €3.150.711 |
Noordoostpolder | 4 | 161 | €1.570.000 |
Noordwijk | 4 | 130 | €1.437.500 |
Nuenen, Gerwen en Nederwetten | 1 | 41 | €512.500 |
Nunspeet | 3 | 44 | €550.000 |
Oldambt | 2 | 38 | €475.000 |
Oosterhout | 1 | 108 | €1.350.000 |
Ouder-Amstel | 1 | 430 | €3.480.582 |
Overbetuwe | 1 | 21 | €262.500 |
Papendrecht | 1 | 38 | €475.000 |
Parkstad Limburg1 | 23 | 835 | €5.727.756 |
Peel en Maas | 1 | 13 | €130.000 |
Pekela | 2 | 36 | €450.000 |
Purmerend | 4 | 193 | €1.683.975 |
Reimerswaal | 1 | 31 | €200.000 |
Rijswijk | 2 | 406 | €4.470.500 |
Roerdalen | 2 | 49 | €473.350 |
Roermond | 9 | 263 | €2.852.500 |
Rotterdam | 13 | 2.647 | €26.720.836 |
Schagen | 2 | 64 | €563.109 |
Schiedam | 2 | 54 | €664.200 |
s-Gravenhage | 6 | 2.789 | €25.674.815 |
s-Hertogenbosch | 4 | 819 | €7.539.700 |
Sittard-Geleen | 2 | 58 | €725.000 |
Smallingerland | 1 | 20 | €140.600 |
Soest | 1 | 45 | €562.500 |
Son en Breugel | 1 | 14 | €175.000 |
Steenwijkerland | 2 | 33 | €295.000 |
Stichtse Vecht | 2 | 574 | €5.172.500 |
Súdwest-Fryslân | 1 | 28 | €350.000 |
Terneuzen | 3 | 135 | €1.622.500 |
Tholen | 1 | 15 | €187.500 |
Tiel | 1 | 36 | €450.000 |
Tilburg | 6 | 913 | €9.069.785 |
Tynaarlo | 3 | 53 | €520.000 |
Uitgeest | 1 | 11 | €137.500 |
Uithoorn | 1 | 36 | €360.000 |
Utrecht | 8 | 1.856 | €19.236.002 |
Vaals | 1 | 37 | €462.500 |
Valkenburg aan de Geul | 1 | 22 | €253.635 |
Veendam | 3 | 59 | €737.500 |
Veenendaal | 1 | 74 | €750.000 |
Veldhoven | 2 | 203 | €1.352.000 |
Venlo | 1 | 68 | €850.000 |
Vlaardingen | 1 | 82 | €595.320 |
Vlieland | 1 | 15 | €187.500 |
Vlissingen | 3 | 185 | €1.413.550 |
Waalwijk | 1 | 122 | €1.230.000 |
Waddinxveen | 1 | 37 | €185.000 |
Weert | 2 | 30 | €269.860 |
Westerkwartier | 1 | 28 | €322.000 |
Westervoort | 1 | 12 | €114.000 |
Westland | 2 | 141 | €1.762.500 |
Wijchen | 1 | 102 | €1.275.000 |
Zaanstad | 5 | 1.293 | €10.955.318 |
Zaltbommel | 2 | 37 | €462.500 |
Zoetermeer | 1 | 393 | €4.912.500 |
Zuidplas | 1 | 60 | €510.000 |
Zutphen | 1 | 24 | €300.000 |
Zwolle | 3 | 177 | €1.648.750 |
Totaal | 362 | 31.430 | €299.860.394 |
1 De volgende gemeenten nemen deel in deze gemeenschappelijke regeling: Breekdaelen, Brunssum, Heerlen, Kerkrade, Landgraaf, Simpelveld en Voerendaal.